Vandaag presenteerde het kabinet het langverwachte Klimaatakkoord. Geen moment te vroeg, want de energietransitie is in volle gang en 2030 is feitelijk al morgen. De toename van onder meer duurzame energieopwekking op land heeft nu al gevolgen voor het energienet. Daarom moet snel meer duidelijk worden over de concrete invulling van maatregelen, zodat de netbeheerders het energienet op tijd kunnen verslimmen en verzwaren. Zo blijft de betrouwbaarheid van het net tijdens de energietransitie gewaarborgd en blijven de maatschappelijke kosten zo laag mogelijk.
Netbeheer Nederland nam namens de netbeheerders deel aan de klimaattafels Elektriciteit en Gebouwde Omgeving. Doel is dat deze sectoren in 2030 samen ongeveer 24 megaton minder CO2 uitstoten. Voornamelijk de maatregelen aan de Elektriciteitstafel hebben een grote impact op het net. Daarom zijn de netbeheerders hard aan het werk om onze netten tegen zo laag mogelijke kosten futureproof te maken.
De komende jaren worden er veel zonnepanelen en windmolens aangesloten op het net. Soms moet hierdoor het elektriciteitsnet worden uitgebreid, wat veel geld kan kosten. In het Klimaatakkoord zijn daarom op voorstel van de netbeheerders afspraken opgenomen over anticiperende netuitbreidingen, de hervorming van het aansluitkader en het tijdig betrekken van de netbeheerders in de vergunningverlening van duurzame opwek. Ook het voorkomen van overbelasting en het stellen van eisen aan de sturingsmogelijkheden van apparaten blijven aandachtspunten voor de netbeheerders. Het is van belang dat deze voorstellen worden overgenomen in wet- en regelgeving om de kosten voor de energietransitie minimaal te houden. Het beter voorspellen van ontwikkelingen en het slimmer gebruiken van het bestaande energienet kan onnodige netinvesteringen voorkomen. Daarbij moet niet alleen gekeken worden naar het verzwaren van het elektriciteitsnet, maar ook naar de manier waarop we in de toekomst elektriciteit willen combineren met duurzame gassen, zoals biogas en waterstof.
Van de wijkgerichte aanpak in de gebouwde omgeving verwachten de netbeheerders eveneens veel, onder meer omdat dit de beheersbaarheid en voorspelbaarheid van de werkzaamheden verhoogt.
Het is belangrijk dat de netbeheerders voldoende technische mensen hebben om de beoogde netrealisatie te kunnen doen. Dit voorkomt dat het aansluiten van duurzame energie langer duurt dan nodig is. De netbeheerders zetten de komende jaren daarom extra in op het werven van nieuwe technici.
Het Klimaatakkoord zet in op de laagste maatschappelijke kosten voor verduurzaming van woningen. Isolatie wordt daarbij gezien als een belangrijke stap naar aardgasvrij. Enexis Netbeheer waardeert de stapsgewijze aanpak om uiteindelijk te komen tot een CO2 arme energievoorziening, want betaalbare no regret maatregelen die voor iedereen bereikbaar zijn, zijn randvoorwaardelijk voor een gedragen transitie.
Enexis Netbeheer is een groot pleitbezorger voor meer duurzame moleculen, zoals groen gas, in het toekomstige energiesysteem. Want wij kunnen in de toekomst niet alles met elektriciteit oplossen. Met de ambitie voor 70PJ aan groen gas in 2030 zien wij dat in het Klimaatakkoord het belang van hernieuwbare gassen, ook voor de gebouwde omgeving, wordt onderkend.
Voor veel wijken geldt dat het aardgasnet tot na 2030 gewoon nog blijft liggen en mogelijk benut kan worden voor groen gas of waterstof. Verduurzaming kan ook met isolatie en een hybride ketel, want hernieuwbaar gas én elektriciteit (hybride) is een haalbare en betaalbare optie naast all electric en warmte.
Voor Enexis Netbeheer is het van belang om tijdig te kunnen anticiperen op toekomstige behoefte aan infrastructuur. De regionale energie strategieën (RES) omvatten afspraken over elektriciteit, (groen) gas en warmte in een regio. De RES’en geven Enexis Netbeheer de nodige inzichten en houvast om tijdig de energienetten aan te leggen.
In een CO2-arme energiesysteem neemt het belang van elektriciteitsopslag en energieomzetting toe. Hernieuwbaar gas, warmte en elektriciteit zullen meer interacteren. Enexis Netbeheer juicht het toe dat het Klimaatakkoord aandacht vraagt voor het belang van systeemintegratie en er ruimte voor onderzoek ontstaat.