Nieuwe studie toont maatschappelijke meerwaarde windprojecten
Windprojecten zijn op basis van maatschappelijke kosten en baten wenselijker dan zonneprojecten. Dat blijkt uit een nieuw vergelijkend onderzoek van Berenschot en Kalavasta in opdracht van Enpuls (onderdeel van Enexis Groep). Toch wordt in de Regionale Energiestrategieën flink ingezet op zonneprojecten. Om te zorgen voor een haalbare en betaalbare energietransitie, bepleit Enpuls dat de energieregio’s in de uitvoering van de Regionale Energiestrategie zoeken naar de juiste balans tussen wind en zon.
De studie vergeleek de volgende acht projectalternatieven met een vermogen van 7,5 megawatt: een zonneweide op agrarisch grondgebied, een zonne-installatie op een bedrijfsdak (met hoog en laag percentage eigenverbruik), zonne-installaties op woningen, een windproject in de buurt van woningen en één in landelijk gebied en twee zogeheten “re-powering” windprojecten. Dat zijn bestaande windparken waarvan de turbines worden vervangen door nieuwe, meer efficiënte exemplaren.
Hierbij is niet alleen gekeken naar hoe rendabel de verschillende opties zijn voor investeerders, maar zijn ook de maatschappelijke kosten en baten in beeld gebracht. Denk hierbij aan noodzakelijke netverzwaring, negatieve impact op de waarde van huizen en vermeden CO2-uitstoot. Hier behoort tevens een kanttekening: externe effecten zijn niet altijd te kwantificeren. Dit geldt bijvoorbeeld voor de aantasting van het landschap door wind- en zonneparken.
In deze omvangrijke vergelijking zijn alle alternatieven van wind op land in 2021 maatschappelijk gezien wenselijker dan zon op land (zie figuur 1). En in 2030 is dat ook het geval (zie figuur 2). Dat komt voornamelijk doordat windturbines meer energie opwekken per opgesteld vermogen dan zonnepanelen. Om die reden zorgen ze ook voor meer CO2-reductie en andere baten.
Om de doelstelling van tenminste 35 TW/h zon en wind op land in 2030 te realiseren, zetten de dertig energieregio’s vooral in op extra opwek van zonne-energie. Deze vorm van duurzaam opgewekte elektriciteit kan doorgaans rekenen op meer draagvlak onder de burgers. Maar uit onderzoek blijkt dat meer zon- dan windprojecten vanuit maatschappelijk perspectief niet ideaal is. Energieregio’s zouden bij de uitvoering van de RES 1.0 meer moeten focussen op een juiste balans tussen wind en zon. Dat zorgt voor een kostenefficiënt en betaalbaar duurzaam energiesysteem. En het houdt de energierekening uiteindelijk betaalbaar voor burgers.
Dit onderzoek laat ook zien dat de maatschappelijke waarde van zon en wind op land daalt door vertraging van projecten. Hoe eerder CO2 gereduceerd wordt, hoe beter het is. Een noodzakelijke en kostbare netverzwaring is zo’n mogelijke vertragende factor voor projecten. Door een goede mix van zon en wind en een betere afstemming tussen het opwekken en verbruiken van elektriciteit, past er meer groene stroom in het huidige net en is er minder sprake van vertraging. Enpuls vindt het, op basis van dit rapport, belangrijk dat de overheid efficiënt netgebruik gaat stimuleren met financiële prikkels. Denk bijvoorbeeld aan een subsidie voor uitgestelde invoeding van zonne-energie.
Bekijk een samenvatting van het onderzoek, het volledige rapport, en het rekenmodel.
Figuur 1: waarde van wind- en zonneprojecten vanuit het perspectief van de investeerder (business case) en de maatschappij in 2021
Figuur 2: waarde van wind- en zonneprojecten vanuit het perspectief van de investeerder (business case) en de maatschappij in 2030