De herijkte RES-ambities in het verzorgingsgebied van Enexis Netbeheer zijn bijna 22% hoger dan de plannen die bij de RES 1.0 zijn ingediend. Dat blijkt uit een analyse van Enexis. Er is voor 4200 MW aan extra duurzame opwek opgenomen in de nieuwe plannen. De toegenomen ambities zijn goed nieuws voor de energietransitie. Tegelijkertijd wordt steeds duidelijker dat het elektriciteitsnet veel efficiënter gebruikt moet worden om de ambities te realiseren. Zo neemt met name het aantal zonprojecten in de RES’en toe, terwijl wind drie keer zo efficiënt is.
In het Klimaatakkoord staat de doelstelling dat Nederland in 2030 voor 35 terawattuur (TWh) aan duurzame elektriciteit op land moet opwekken. Het realiseren van deze doelstelling is belegd in dertig regionale energiestrategieën (RES’en). De RES-regio’s komen iedere twee jaar met een update van de plannen over hoe ze de landelijke doelstelling willen bereiken. Vrijwel alle regio's hebben hiervoor hun conceptversies opgeleverd. Enexis heeft die doorgerekend en gekeken naar de impact ervan op het elektriciteitsnet. In juli dit jaar worden de plannen in het zogenoemde RES-voortgangsdocument vastgesteld.
Uit de analyse van Enexis blijkt dat de plannen in Groningen, Drenthe, Overijssel, Noord-Brabant en Limburg optellen tot een jaarlijkse duurzame productie van ruim 28 TWh. Dat is meer dan 80 procent van de landelijke doelstelling van 35 TWh. Het realiseren van de plannen gaat voortvarend; inmiddels is bijna de helft van de geplande zon- en windprojecten in Enexis-gebied in gebruik of aanleg. De netbeheerder stelt echter dat het in deze vorm niet haalbaar is om álle plannen voor 2030 te realiseren. De forse opgaven in andere sectoren (mobiliteit, industrie, gebouwde omgeving) zetten het elektriciteitsnet onder druk. Zo steeg het aantal zoninstallaties op kleine daken dit jaar ten opzichte van 2021 met 25 procent; een nieuw record. Het aantal knelpunten op het net neemt hierdoor toe.
Hoeveel er wel (tijdig) aangesloten kan worden, verschilt sterk per regio. Het is afhankelijk van hoe efficiënt het huidige en het toekomstige elektriciteitsnet gebruikt wordt en kan worden uitgebreid. Zo is het belangrijk om doelstellingen uit verschillende sectoren in samenhang te bekijken om te bepalen waar het net als eerste uitgebreid moet worden. Daarnaast is in de RES-plannen minder wind en meer zon gepland. Terwijl dat voor de haalbaarheid van de plannen andersom moet.
Enexis Netbeheer adviseert daarom om meer werk te maken van grote windclusters. Eén megawatt (MW) windenergie levert tot drie keer meer energie op dan één MW zonne-energie. Bovendien laten nieuw gerealiseerde windclusters ook ruimte voor nieuwe zon-opwek. Wanneer de zon schijnt, waait het doorgaans niet hard – en andersom. Wind- en zonneprojecten kunnen om die reden vaak gebruikmaken van dezelfde aansluiting (cable pooling). Een duidelijke keuze om netcapaciteit aan wind toe te kennen, leidt sneller tot meer groene opwek.
Naast wind is het belangrijk om de potentie van zon op dak te benutten. Nieuwe regelgeving stimuleert de realisatie van zon op dak. In de huidige vorm zorgt het alleen voor extra knelpunten op het net. “We pleiten daarom voor randvoorwaarden om de pieken op het elektriciteitsnet af te vlakken", licht Daphne Verreth, directeur Energiesysteem en Transitie bij Enexis toe. “Denk aan de inzet van een batterij in combinatie met een tijdgebonden contract of andere verplichte piekbeperkende maatregelen die ervoor zorgen dat de opwek niet (veel) groter wordt dan de huidige, bestaande vraag naar elektriciteit op dat adres.”
Voor de haalbaarheid van het RES-bod, is het cruciaal om duidelijke keuzes te maken. Keuzes voor locaties voor wind en zon waarbij rekening is gehouden met de aanwezige vraag naar elektriciteit hebben daarbij de voorkeur, aldus de netbeheerder. Deze integrale benadering is een belangrijk onderdeel van het Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (PMIEK). De RES’en vormen hiervoor belangrijke input.
Meer lezen over de efficiënte inpassing van zon en wind op land? Lees hier onze visie.