Melkveehouderijen, tuinbouw- en (pluim)veehouderijen kunnen met onafhankelijk energieadvies veel kosten besparen. Een integrale benadering bij de besluitvorming over nieuwe maatregelen is daarbij een vereiste. Agrariërs staan positief tegenover zogenaamde ‘smart grids’ die ervoor zorgen de vraag en aanbod van energie beter op elkaar worden afgestemd en dat efficiënter gebruik wordt gemaakt van het energieneten. Boeren zijn bereid hun energiegedrag waar mogelijk aan te passen als dat milieuvoordelen oplevert. Dat blijkt uit het vervolg van de pilot Smart Farmer Grid, dat netbeheerder Enexis samen met boerenorganisatie LTO, adviesbureau L’orèl Consultancy en de Rijksuniversiteit Groningen hebben uitgevoerd.
Boeren hebben een aanzienlijke hoeveelheid energie nodig voor hun bedrijfsvoering. De energie die boeren zelf opwekken door zonnepanelen of een windmolen groeit gestaag. Alleen gebruiken ze de energie op een ander moment dan de zonnepanelen of windmolen de energie opwekt. Hierdoor gebruiken ze het grootste gedeelte van de opgewekte energie niet zelf. Deze wordt teruggeleverd aan het energienet, waardoor dit net fors onder druk komt te staan. Een voor de hand liggende oplossing is een netverzwaring, maar de kosten daarvan zijn in landelijk gebied extreem hoog omdat grote afstanden moeten worden overbrugd. Dat is onwenselijk omdat daardoor de kosten voor de energievoorziening hard zullen stijgen. Smart Farmer Grid is een van de eerste projecten waarbij diepgaand onderzoek is gedaan naar de mogelijkheden om de bestaande energienetten in landelijk-agrarisch gebied slim te gebruiken (zogenaamde ‘smart grids’). Het onderzoek wees uit dat niet alle onderzochte energienetten geschikt zijn voor de inpassing van een ‘smart farmer grid’. Dat kwam vooral doordat de pieken in het energieverbruik van de ene boer niet op te vangen zijn door dalen in het verbruik bij een naburige boer. De pilot is uitgevoerd in Noordhorn, Beerta en Sellingen.
Uit de pilot Smart Farmer Grid komt naar voren dat er vooral gewerkt moet worden aan een integrale benadering bij de besluitvorming over nieuwe maatregelen, zodat de individuele belangen van boeren, netbeheerders, rijk, provincies en gemeenten altijd kunnen worden afgezet tegen het collectieve belang van een duurzamer energiesysteem.
Het meeste voordeel is te behalen door verschillende verduurzamingsmaatregelen te combineren. Door enerzijds energie te besparen, waardoor er minder energie nodig is, hoeft er minder geïnvesteerd te worden in de opwek van duurzame energie. En door maatregelen te nemen om de pieken van energievraag en aanbod te voorkomen, is een verzwaring van hun aansluiting en het energienet mogelijk niet meer nodig. Hierbij valt te denken aan warmte-/koudeopslag, mestvergisting en de opslag van energie. Omdat de ideale totaaloplossing per situatie verschillend is, is onafhankelijk advies hierin noodzakelijk.
Om de verbruikspieken op het energienet gericht te kunnen verlagen opperen de onderzoekers onder andere het aanpassen van de tariefstructuur voor energie. Door energiegebruik bijvoorbeeld af te rekenen op basis van de actuele energieprijs op dat verbruiksmoment kunnen boeren immers direct ervaren hoeveel verschil slim energiegedrag hun oplevert. Binnen de huidige tariefstructuur levert dit nauwelijks financieel gewin op.